Hoe eerder planten behandeld worden met milde stammen, des te vollediger is de bescherming
Hoe eerder planten behandeld worden met milde stammen, des te vollediger is de bescherming
Crossprotectie is een strategie met een preventieve werking. Tomatenplanten moeten behandeld zijn met de milde isolaten van het pepinomozaiëkvirus voordat ze in contact kunnen komen met agressieve isolaten. De plant heeft ook een korte tijd nodig om volledige bescherming op te bouwen. Daarom is het van belang om de milde isolaten in een zo’n vroeg mogelijk stadium toe te passen.
Het proces
Het artikel ‘Multi-genotype cross-protection against Pepino mosaic virus in tomato’ beschrijft dat jonge planten worden gevaccineerd met V10, een middel dat is opgebouwd uit twee milde isolaten van het virus. Door het inbrengen van een mild virus in de plant, wordt onder andere RNA-silencing in de plant geactiveerd. RNA-silencing is een proces waarbij de plant zich beschermt tegen toekomstige besmettingen met vergelijkbare virussen. Er is een bepaalde tijd nodig voordat de plant zich kan beschermen tegen het pepinomozaïekvirus. Na behandeling met V10 is er een korte periode waarin de plant zijn afweer moet opbouwen. Na deze periode kan de plant zich verweren tegen agressieve isolaten van het virus.
Kortom: Hoe eerder we een plant inoculeren met een mild virus, hoe eerder de plant beschermd is. Daarnaast zijn jonge planten ook vatbaarder voor virusbesmetting, waardoor een mild virus zich in dit stadium sneller door de volledige plant verspreid.
Lees het artikel voor meer informatie over het gebruik van crossprotectie tegen PePMV in tomaat.